Jam en marmelade

Had ik op deze blog al eens eerder iets over jam en marmelade geschreven? Hoog tijd dan, want het is oogsttijd! Iedereen met een pruimen-, kersen of andere vruchtenboom weet wel dat er altijd meer van af komt, dan je op kunt. Dus waarom geen jam van de bergen bessen, bramen en wat verder zoet en sappig is, maken?


Ook zonder (moes)tuin kun je prima zelf jam maken, want ook in de vrije natuur, bossen en parken is van alles te vinden. Bosbessen wellicht of bramen. In het Kralingsebos (niet echt een bos, maar meer een enorm park) groeit vlier. Van de bloesem kun je siroop maken en van de vruchten heerlijke jam. Een jam met de smaak van de herfst: vol, aards, zoet, geurend en donker.

Een vegetariër maakt natuurlijk geen jam of marmelade met gelatine, want dat is van dode dieren gemaakt. Gelukkig bestaat er Marmello dat pectine bevat, dat van vruchtenpitjes wordt gemaakt. Sommige vruchten(pitjes) bevatten van nature al zoveel pectine dat je helemaal geen geleermiddel nodig hebt. De kweepeer werd en wordt om deze reden nog altijd gebruikt. Met één zakje Marmello kun je een kilo fruit binden en met een paar ons suiker krijg je een heerlijke jam.
Met anderhalf uur zoeken hadden mijn vrouw en ik gisteren twee kilo vlierbessen bij elkaar. Goed voor zeven potjes jam. Het is dan wel handig als je van te voren alvast de nodige potjes hebt gespaard, maar je kunt ze zo nodig ook in de winkel kopen. Handig is ook een speciale trechter (zie foto) om de potjes te vullen. Kook voor het vullen potjes en deksel eerst een paar minuten uit in een grote pan water, zodat deze steriel zijn als je deze vult. De jam is in de koelkast zeker een jaar houdbaar en daarbuiten ook vele maanden.